Aciotis purpurascens (Aubl.) Triana.
Synoniem: Aciotis fragilis (DC.) Cogn.
Lokale namen: weti / redi swa wiwiri1, busi
syuri wiwiri2 (Sr), weti / lebi swa uwíi1, pata
futu (Au) bëmiindjá úwíi3, sombo uwíi, pimpe4
(Sa), aumesafu, so awi1 (Bo), anundedjeme5
(Wátawenú), azijnblad (SN).
De plant in kwestie betrof Aciotis pur-
purascens, het azijnblad. Binnenlandbewoners
kauwen nog steeds op de sappige, zure bladeren
en stengels als ze dorst hebben, kiespijn of een
slechte adem hebben of om de honger te onder-
drukken. Net als Begonia glabra en Peperomia
pellucida wordt deze plant gezien als ‘een soort
kowru-ati’, een sappig kruid waarop je kunt kau-
wen om na een wintisessie tot rust te komen en
uit de trancetoestand te ontwaken. Waarschijnlijk
hebben deze vochtrijke planten tijdens de slavernij
een belangrijke rol gespeeld als geheime water-
bron en noodvoedsel voor bosarbeiders en ge-
vluchte slaven. Nu dienen ze als ‘antistresskruid’,
en om de winti’s die iemand hebben bezeten weer
mild te stemmen.
Volgens Ruben Mawdo druppelen Aucaners een
beetje sap uit de fijngeknepen bladeren op de
grond voordat ze gaan jagen, ‘fu gi gaan gado a
switi mofo’ (om iets lekkers te geven aan de grote
God). Na afloop van de jacht koken ze rijst met
het vlees van hun jachtbuit en leggen iets van de
maaltijd op een bananenblad op de grond voor de
goden als dank. ‘Op deze manier vang je altijd
veel dieren’, aldus Mawdo. De plant houdt volgens
hem tevens de fodu (slangengeesten) op afstand.
Bladeren van de rode variant maakt men fijn in een
kalebas met water en geeft men te drinken aan
oudere mannen die problemen hebben met urine-
ren. Het middel is zo rood als bloed en heeft vol-
gens de gebruikers een urinedrijvend effect. Dr.
Pake raadde dit medicijn aan bij een patiënt met
prostaatproblemen om zijn urinelozing te verbe-
teren. ‘Drink het op en je gaat weer beter plassen;
je plas wordt ook rood’. Het rode sap van de bla-
deren wordt ook op brandwonden gedruppeld, of
met een beetje water en krijt of witte klei vermengd
en gedronken tegen koorts. Een thee van de blade-
ren zou werken tegen overmatige vaginale afschei-
ding, rugpijn, hoofdpijn en puistjes. Arawaks in
Powakka stampen de (al of niet verwarmde) bla-
deren van azijnblad fijn en smeren ze op kloven
in de voetzolen en op pijnlijke plaatsen.
Met een afkooksel van de bladeren wordt gebaad
bij verkoudheid, koorts en om meer kracht te krij-
gen. Marrons in Brownsweg stampen soms de
bladeren in een beetje water in een kalebas en
drinken het bij benauwdheid en astma. Een krui-
denbad met rood azijnblad, wetibaka (Rolandra
fruticosa), papawiwiri (Justicia pectoralis), ma-
lëmbë́lëmbë (Piper marginatum), kowru-ati (Be-
gonia glabra), djanafaja (Hyptis lanceolata),
seigotro (Struchium sparganophorum), andoya
(Campomanesia aromatica) en matu bono uwíi
(Miconia lateriflora ssp. lateriflora) zou kwaad-
aardige slangengeesten wegjagen. Voor een krui-
denbad om die fodu-slangen juist op te roepen en
te bezweren, zie Stephen (1986: 71). Azijnblad
komt ook terecht in kruidenbaden om boze gees-
ten te verjagen of te kalmeren en voor ‘tönë́’ (Sa-
ramaccaanse geesten van stroomversnellingen),
swit’watra (geurige kruidenbaden ter ondersteu-
ning van de eigen ziel), de bosgeest apuku en ui-
teraard de ingi winti, de Indianengeest, omdat die
met de kleur rood wordt geassocieerd.
Volgens de Saramaccaanse wintipriester Tooy, ge -
ïnterviewd door Price (2008), moet iemand die in
bezit is genomen door een wraakgeest nooit in-
gesmeerd worden met rode kleurstof van kusuwé
(Bixa orellana). Die oorlogskleur zou bloedver-
gieten veroorzaken. Ook moet er geen roet op het
lichaam terecht komen, want dat zou vuur en ver-
nietiging teweeg brengen. In plaats daarvan moet
de bezeten persoon rood gekleurd worden met
azijnblad en zwart met het sap van luisawiri (Eclip -
ta prostrata). Voor de bijbehorende gezangen, zie
Price (2008: 249).
De roodbladige Aciotis purpurascens wordt het
meest gebruikt, maar de ‘witte’ (groenbladige)
variant, die vroeger A. fragilis werd genoemd, ligt
soms ook op de markt. Surinamers zien deze va-
riant als een aparte soort. Voor een recept voor een
kruidenbad voor de slangengeest pawinti, waarin
de weti swa wiwiri is verwerkt, zie Cyperus pro-
lixus.
bron : Medicinale en spirituele